Subscribe to our newsletter

Taal

Kleurrijke Herman Gouwe

Colorful Herman Gouwe - Lyklema Fine Art

Adriaan Herman Gouwe (Alkmaar 1875 –1965 Tahiti) volgde zijn opleiding aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam, waar hij een studievriend was van de Maastrichtse kunstenaar Rob Graafland en lid werd van Arti et Amicitiae. Gouwe ontpopte zich als een getalenteerd student en won in 1901 de Prix de Rome en kon, ook door een erfenis, een buitenlandse studiereis van enkele jaren maken, waarbij hij Italië, Frankrijk en Spanje bezocht en zijn stijl ontwikkelde.

 Tussen 1908 en 1927 bracht hij steeds de helft van het jaar door in Zuid-Limburg. Gouwe was met collega-kunstenaars, waaronder Graafland en Jonas, vaak te vinden in Café Suisse aan het Vrijthof in Maastricht. In 1909 kreeg hij met zijn academiegenoten Gerard Westermann (1880-1971) en Chris Hammes (1872-1965) de gelegenheid om een expositie in te richten in het Stedelijk. Romanticus en natuurliefhebber Gouwe had zich toen reeds toegelegd op thema’s uit het glooiende landschap, ploegende paarden en boeren in het veld. Geïnspireerd door werk van Van Gogh en de vroege Mondriaan werd hij schilder van dynamische landschappen vol licht en kleur.

 De andere helft van het jaar verbleef hij aanvankelijk in Amsterdam of rondom Blaricum en onderging hij aantoonbaar de invloed van Jan Sluijters, Leo Gestel en Ferdinand Hart Nibbrig. In deze periode begon de kunstenaar met een nieuw zonniger palet te schilderen. Gouwe werkte in die tijd net als zij in een divisionistische stijl van losse ‘toetsvlakjes’ die vaak in een dynamisch patroon werden aangebracht. Zijn schaduwen voerde hij niet langer uit in zwart, maar hij koos voor fauvistische tinten paars, blauw of violet.

 Kunstcritici en kunstverzamelaars ontdekken vanaf 1909 het vernieuwende werk van Herman Gouwe. Zijn Zuid-Limburgse landschappen en ploegende paarden werden op zijn eerste tentoonstelling bij St Lucas goed verkocht. De kunstmecenas P.A. Regnault (1868-1954) – een rijke verffabrikant – noemt hem zelfs de nieuwe Vincent van Gogh en koopt diverse werken van hem. In de loop der jaren wordt de grote vraag naar schilderijen met ploegende paarden hem te veel. Herman voelt zich een gevangene van zijn eigen succes.

In de herfst van 1920 reisde Gouwe enkele maanden met Henri Jonas naar Tanger.  In de zomer van 1927 kwam hij voor het eerst niet naar Zuid-Limburg maar verbleef hij in Zuid-Frankrijk. In de Franse hoofdstad las hij in de krant over Tahiti. In 1927 vertrok hij - zijn vrienden in verbazing achterlatend - naar het eiland in de Grote Oceaan; hij wilde in alle rust kunnen werken en het kapitalistische systeem achter zich laten. De natuur blijft het thema, maar dan in een tropische zetting. Door zijn overstap naar een volkomen andere wereld neemt het werk van Gouwe een aparte plaats in tussen zijn tijdgenoten. Ook maakte hij op het eiland, in opdracht, portretten van Tahitiaanse vrouwen. Zijn talent bleef ondanks zijn verre verblijf niet onopgemerkt. Regnault kocht, net als rond 1915, nu ook weer zo’n veertig aquarellen van Gouwe. In 1959 was hij kort terug in Amsterdam en maakte Willem Sandberg van het Stedelijk een expositie rondom het werk van Gouwe. Nu hebben het Drents Museum te Assen en het Frans Hals Museum te Haarlem werk van Gouwe in hun tentoonstelling.

 

ca 1910 Portert Rob Graafland
ca 1910 Portert Rob Graafland
Geuldal-1914-Museum Valkenburg
Geuldal-1914-Museum Valkenburg
Ploegende boer-1915-vvnk
Ploegende boer-1915-vvnk
Het glooiende landschap - 1917 - Museum Voorlinden
Het glooiende landschap - 1917 - Museum Voorlinden
Ploegende boer - 1923 - RKD
Ploegende boer 1923- RKD
De Maaier - 1925 - Frans Hals Museum
De Maaier - 1925 - Frans Hals Museum
Badende vrouwen in Tahitina 1927
Badende vrouwen in Tahitina 1927
 
Vorig artikel Volgend artikel